Dit is een leuk weekend. In de eerste plaats omdat het al op donderdagavond begon, na de firma Ordina in extase te hebben gebracht met de resultaten van het evenement dat we die dag aan hen mochten opleveren.
Vrijdag was mijn geliefde jarig. En hoewel het traditie is om dan voor één dag het spreekwoord: "werk gaat voor het meisje" om te draaien, kon ik die donderdagavond nog niet bevroeden dat ik die dag in zijn totaliteit van de werkweek af kon trekken. Noch, dat het weekend zo leuk zou worden...
Één afspraak had zich namelijk aan die traditie ontworsteld. Met de directie van een autoimporteur, waarvoor we als bureau al heel wat zegenrijk werk hebben verricht om de ontwrichte relatie met hun dealers te helen, maar waarmee de relatie met ons sinds enige tijd ongewild in het slop zit.
Geïnvolveerde bureaus zijn namelijk voor één ding kwetsbaar: het gif dat een medewerker aan cliëntenzijde, achter de rug van het bureau, in de organisatie verspreidt.
En als je alweer een jaar of twintig meeloopt, dan ontkom je af en toe niet aan zo'n -doorgaans onervaren- klerelijertje dat in direct contact poeslief is, maar achter de rug van het bureau meent zijn bij voorbaat tot mislukken gedoemde carrière te stimuleren, door zijn adviseurs te misbruiken als maskering voor zijn eigen onvermogen. En dat we met zo'n medewerker te maken hadden, merkten we toen we door verschillende mensen bezorgd werden geconfronteerd met een aantal even verbijsterende, als uit de lucht gegrepen verhalen die over ons de ronde bleken te doen.
Een fenomeen dat we de "Koolmonoxidestrategie" zijn gaan noemen: je ziet het niet, je ruikt het niet, maar je gaat er wel dood aan. Tijd voor een goed gesprek dus. En zo meldde ik me op de afgesproken tijd aan de receptie.
11.00 werd 11.15. 11.15 werd 11.30 11.30 werd 11.45. De directeur en zijn ondersteunende entourage bleken onbereikbaar. De aardige receptioniste werd nerveuzer en nerveuzer en pappa's klantvriendelijkheid werd onderworpen aan de ultieme test.
Uiteindelijk verscheen er een mantelpakje zonder vlieguren, omgeven door een wolk van Raad van Bestuursair die ongetwijfeld in haar kleren was getrokken tijdens het urenlang monotoon notuleren van vergaderingen. Taktvol klonk het "Dat de directeur nu ècht geen tijd had omdat zijn aandacht bij belangrijke dingen vereist was".
Wâââh? De man waarvan we dachten dat hij onze allergrootste fan was, belt niet even af? Komt bijvoorbeeld niet even tien seconden zelf aan de telefoon om te vertellen dat er iets tussen gekomen is? Hij hoeft niet eens "sorry" te zeggen. Als iets belangrijker is, dan zij het zo.
Maar weet u? Of dit mutsje het vuile werk nu op moest knappen vanuit gêne dat hij mij voor Jan met de korte achternaam had laten komen, of dat de gespleten tong van diens ondergeschikte, het verlammende werk zelfs in zijn hoofd heeft gedaan, doet voor mij niet eens ter zake.
Dit gaat over karakter. Het karakter van een organisatie dat "pais en vree" verkiest boven een confrontatie (overigens ook zo ongeveer de essentie van de ontwrichte dealerrelatie). Inherent aan die keuze valt er nu eenmaal af en toe een casualty of war. En dan is een bureau verdomd handig kanonnenvlees. 20 jaar prijswinnend werk voor de grootste ondernemingen en verbijsterend prachtige resultaten van de samenwerking ten spijt.
Ik predik al sedert de Batavieren dat één van de voordelen van een goede relatie is, dat die tegen een stootje kan. Dat je de dingen die je dwars zitten, gewoon kunt bespreken zonder dat er meteen met de sleutels wordt gerammeld. We gaan steigerend te paard om zo, samen met klanten, tot grote hoogte te klimmen. Maar als de relatie niet wederzijds oprecht is, dan geldt ook een andere simpele wet: dan steek je de relatie maar in je ster.
Het goede nieuws: leuke verjaardagsdingen doen met mijn lief.
Reacties